Kerst in de loopgraven | December 1944
In de aanloop naar operatie ‘Veritable’ op 8 februari 1945, ervoeren de Canadese troepen in Nederland een betrekkelijk kalme winter. Toch onthulde de Kerstavond van 1944, te midden van patrouilles en kleine aanvallen, een onverwachte kant van oorlog: een moment van menselijkheid en onvoorspelbare gebeurtenissen die het karakter van het front veranderden.
De barre omstandigheden aan het front
In november 1944, na de Slag om de Schelde, nam het Canadese 1e Leger een groot deel van de frontsector van het Britse 2e Leger over. Deze overname verlengde de frontlijn van de Canadezen tot ruim tweehonderd kilometer. In de daaropvolgende maanden moesten de Canadese militairen zich staande houden tegen felle Duitse tegenaanvallen, artilleriebeschietingen en de ontberingen van het ongunstige weer. Het statische front in Nederland kenmerkte zich door zwaar weer, met wekenlange regen in oktober en november, gevolgd door een strenge winter die in geen jaren zo grimmig was geweest. Ondanks deze moeilijke omstandigheden keken de militairen reikhalzend uit naar het jaarlijkse Kerstdiner, een traditie waarbij officieren hun ondergeschikten bedienden op Kerstavond of 1e Kerstdag. Het Duitse offensief in de Ardennen zorgde echter voor herhaalde uitstel van het Kerstdiner, omdat eenheden in staat van paraatheid werden gebracht of onmiddellijk naar het front moesten vertrekken.
Temidden van de ijzige kou en de spanningen van de oorlog probeerden de Canadese soldaten een vleugje warmte en menselijkheid te brengen naar de barre omstandigheden aan het front. Ondanks de ontberingen en het gevaar dat hen omringde, slaagden velen erin om tijdens deze feestelijke avond een gevoel van samenhorigheid en solidariteit te creëren. In zelfgemaakte schuilplaatsen werden kaarsen aangestoken en provisorische Kerstversieringen opgehangen. Soldaten deelden hun schamele voorraden en probeerden zo goed mogelijk een feestelijke sfeer te creëren te midden van de hardheid van de oorlog. Voor velen was het een moment van reflectie, waarin ze hun gedachten lieten afdwalen naar geliefden thuis en de vrede die ze hoopten te herstellen.
Voor velen was het een moment van reflectie, waarin ze hun gedachten lieten afdwalen naar geliefden thuis en de vrede die ze hoopten te herstellen.
Kerst aan het front
De Canadese soldaten zullen Kerstmis 1944 herinneren als een dag waarop een soort wapenstilstand leek te heersen aan hun kant van het front. In de ochtend krijgt de 4e Canadese Infanteriebrigade meldingen van het Royal Regiment of Canada dat Duitse troepen in nabijgelegen loopgraven kerstliederen zingen vanaf hun voorste posities. Aan het front van de 3e Infanteriedivisie, documenteerde Luitenant Donald Pierce, vergezeld door een peloton van de North Nova Scotia, de ongekende gebeurtenissen in zijn dagboek, dat later de basis zou vormen voor het boek “Journal of a War” (1965).
“Nergens een geluid, geen schot. Ik heb sterk het gevoel dat ik stilte kan zien,” schreef Luitenant Pierce. “De rivier, die duidelijk zichtbaar is voorbij het ijzige veld, draagt een paar drijvende takken, en de sneeuwvlokken die vrij traag naar beneden vallen, zijn de enige dingen met beweging.” Deze ongewone dag van kalmte en sereniteit leek beide zijden van het conflict te hebben beïnvloed. “Een paar minuten geleden was ik er zeker van dat ik de sneeuwvlokken op mijn gevechtsjas kon horen vallen. Een schreeuw zou mijlenver te horen zijn. Ik heb nog nooit zo’n stilte gezien,” voegde Luitenant Pierce toe.
Bovenop de frontlinie leek het erop dat zowel de geallieerden als de Duitse troepen besloten hadden alles af te blazen, alsof deze dag boven de gruwelen van de oorlog uitsteeg. Het was een onverwachte dag van eenheid en broederschap, waar stilte sprak en vrede zich, zij het tijdelijk, over het strijdtoneel verspreidde. Volgens de War Diary van de Calgary Highlanders, werden zij op Kerstavond verrast door Duitse fronttroepen die accordeon en hoorn bespeelden. Een symfonisch gebaar dat werd beantwoord met een salvo van geweren, stens, brens, granaten en mortieren van Canadese zijde.
Op eerste kerstdag deed zich echter iets bijzonders voor: ‘Brigade-generaal Megill bezocht onze vier compagnieën, vergezeld van Luitenant-kolonel R.L. Ellis, en wenste alle mannen een Vrolijk Kerstfeest. Het vermaakte hen beiden te horen dat de Duitsers onze mannen de vorige avond hadden getrakteerd op kerstliederen, waaronder Jingle Bells, Holy Night, en het concert hadden afgesloten met ons volkslied, Oh Canada… Om 18:00 uur nam Sergeant-majoor Vince Bowen onze doedelzakspelers mee naar de loopgraven van de D-Compagnie om de Duitsers op onze beurt te trakteren op kerstmuziek.’
Sergeant Frank Holm van de Calgary Highlanders voegde in zijn dagboek toe: ‘Toen onze doedelzakspeler hoorde dat de Duitsers Kerstmuziek speelden, raakte dat bij hem een gevoelige snaar. Het idee van tegenstanders die elkaar met menselijkheid en kameraadschap behandelden op Kerstmis. Hij pakte zijn doedelzak en begon te spelen. Helaas waardeerden de Duitsers het huilende geluid blijkbaar niet en vuurden mortiergranaten af rondom hem. Het enige wat geraakt werd, was zijn trots als musicus.’
Enkele eenheden van het Canadese The Toronto Scottish vierden ook Kerstmis bij Groesbeek. Op 25 december 1944 serveerden officieren, zoals gebruikelijk, het Kerstdiner aan onderofficieren en manschappen. De avond voor Kerst zongen de Canadezen ‘Silent Night-Holy Night’ in de open lucht, en tot ieders verrassing begonnen de Duitsers aan de andere kant van de frontlijn met ‘Stille Nacht-Heilige Nacht’.
‘De Duitsers bleken betere zangers te zijn dan de Canadezen,’ merkte majoor Grant op.
Temidden van de koude en stille nacht aan het front bij Groesbeek, doorbrak het Régiment de la Chaudière de rust op een onconventionele manier op Kerstavond. J. Armand, een lid van het regiment, deelde zijn ervaring van een opmerkelijke episode waarbij mortiergranaten en muziek een onverwachte symfonie vormden. “Op Kerstavond zaten we vlakbij de Duitsers,” herinnert J. Armand zich. “Ze voerden geen patrouilles uit, en we hoorden dat ze een paar borrels namen. Om middernacht lieten ze via een luidspreker Kerstliederen horen. Ik besloot daarop te reageren met een paar mortiergranaten, gewoon om te laten weten dat we nog steeds geen vrienden waren.” De reactie op het mortiervuur was echter even opmerkelijk als onverwacht. De Duitsers speelden na het dreigende geluid van explosies ‘Lili Marleen’, waarna de muziek plotseling verstomde. Ondanks de gespannen situatie hadden de mannen aan beide zijden van het front heimwee naar huis, wat resulteerde in een moment van gedeelde menselijkheid. “Al onze mannen waren katholiek, en de aalmoezenier liep met de communie van loopgraaf naar loopgraaf,” voegt J. Armand toe. Dit gebaar van religieuze verbondenheid benadrukte de universele behoefte aan troost en hoop, zelfs te midden van de grimmige realiteit van oorlog.
Om middernacht lieten ze via een luidspreker kerstliederen horen. Ik besloot daarop te reageren met een paar mortiergranaten, gewoon om te laten weten dat we nog steeds geen vrienden waren.
Joe Pigott van het Royal Hamilton Light Infantry bevond zich tijdens de Kerstnacht in een schuttersput bij Groesbeek. Hij beleefde het als volgt: ‘Het dorp Groesbeek bevond zich ten zuidoosten van Nijmegen. In Groesbeek keken we de vijand aan de andere kant van de straat letterlijk in het gezicht. Ik herinner me dat het met Kerstmis dat jaar zowel overdag als ’s avonds bijzonder rustig was. We konden de Duitsers horen zingen en op de accordeon spelen. Maar vlak voor middernacht, toen het heel rustig was geworden, riep een van de Canadese soldaten ineens keihard: ‘Hitler is een hoerenzoon!’ Dertig seconden lang was er een doodse stilte, toen klonk van de andere kant van de straat: ‘Net als Mackenzie King!’
Een Duits kerstcadeautje
Ben Dunkelman van de Queen’s Own Rifles Of Canada herinnert zich het unieke vuurwerk dat de Duitsers aanboden als hun ‘kerstcadeautje; ‘Ik herinner me Kerstmis 1944 nog heel goed. We lagen in stelling uit te kijken over vlakten langs de Waal en een stuk Duitsland, en de Duitsers lagen in zwaar versterkte stellingen tegenover ons. Omdat het Kerstavond was, voelden we ons ontspannen. Aan de Duitse kant was een Kerstfeest aan de gang; we konden meisjes horen praten en zingen, kennelijk hadden ze veel plezier. Het werkte aanstekelijk op mijn mannen en ze begonnen zelfs uit de loopgraven te klimmen, wat me toch te gortig werd. Juist op dat moment begonnen de Duitsers allerlei soorten lichtspoormunitie af te schieten; het was het mooiste dat ik ooit had gezien. Veel beter dan echt vuurwerk. En toen gaven ze zonder enige waarschuwing vooraf een zwaar spervuur af op onze stelling. Godzijdank waren de mannen alweer in dekking. Dat was ons kerstcadeautje van Hitlers nazi-Duitsland.’
Aan de Duitse kant was een kerstfeest aan de gang; we konden meisjes horen praten en zingen, kennelijk hadden ze veel plezier.
Aan de frontlinie van de North Nova Scotia Highlanders, werd er een bijzondere viering gehouden. Terwijl de winterse lucht helder was en de temperaturen laag, maakten twee compagnieën hun weg naar Hotel de Groot voor een onvergetelijk kerstdiner. Te midden van de bevriezende omstandigheden spraken de dominee, de kolonel en de brigadier met de mannen. Elke soldaat genoot voor het Kerstdiner van een fles bier, en nadat de kalkoen was geserveerd, nam een vierkoppig orkest van de Novas het over. Ze speelden alle bekende kerstliederen, waardoor de aanwezigen het dak eraf zongen. De gelukkige soldaten marcheerden na het kerst dinner uit het hotel, waarbij de zon fel scheen en het ijs langs de dijken glinsterde. De lucht was doordrenkt met een frisse energie die een gevoel van beweging en vitaliteit aan de mannen gaf. Terwijl de D Compagnie terug marcheerde naar hun posities, vulden hun stemmen de lucht tot halverwege de loopgraven.
Terwijl de D Compagnie terug marcheerde naar hun posities, vulden hun stemmen de lucht tot halverwege de loopgraven.
Ondanks de dreiging van de oorlog leken ze, gehuld in de magie van kerst, geen kwade gedachten te koesteren. Aan de overkant van het water konden de Duitsers de melodieën van Kerstliederen horen. Vervolgens vulden de zachte tonen van “Stille Nacht, Heilige Nacht” de stille nachtlucht, zowel in het Engels als in het Duits. Op dat moment werden de mannen aan beide zijden van het front, zij het kortstondig, verenigd in het vieren van de Kerstgedachte. Bij de aankomst in de loopgraven werden de mannen verrast door een onverwacht geschenk.
Een zwerm wilde eenden landde op het moeras achter hun posities, als een geschenk van de Kerstman zelf. Korporaal Pulsifer en zijn kameraden, die voorzien waren van Bren- en Sten-mitrailleurs, besloten zich aan een eendenjacht te wagen. Hun enthousiasme resulteerde echter in negentien neergeschoten eenden, zonder dat er een enkele maaltijd uit voortkwam. De mannen beseften al snel dat het afvuren van een salvo van een Bren machinegeweer weinig overliet van het eendenvlees; wat resteerde waren slechts veren en botten op het water.
Naarmate de avond vorderde en de honger weer toesloeg, deed zich een onverwachte gebeurtenis voor. Een geit van redelijke conditie liep voor de posities van het 16 Platoon een mijnenveld in. Het geitengebraad dat volgde, zorgde voor een onvergetelijke Kerstmaaltijd aan het front, waarbij de mannen zich verbonden voelden door het delen van deze bijzondere ervaring te midden van de uitdagende omstandigheden van de oorlog. Zo werd Kerst aan de frontlinie van de North Nova Scotia Highlanders een gedenkwaardige viering van saamhorigheid, vreugde en onverwachte wendingen.
Het bijzondere Kerstdiner
Doug Shaughnessy van de Royal Winnipeg Rifles was tijdens de Kerstdagen gestationeerd bij een gastvrije Nederlandse familie. ‘Terwijl wij ons gereedmaken om ons Kerstdiner op te halen, zaten zij aan hun tafel voor hun eigen bescheiden maaltijd. Twee stukken brood, een beetje boter of kaas en drie of vier personen om ervan te eten – een tafereel dat de schaarste en ontberingen van die tijd weerspiegelde. Toen we naar de eethal gingen voor ons eigen avondmaal, had het regiment een bijzonder Kerstdiner voor ons geregeld – met twee flessen bier, kalkoen en allerlei andere lekkernijen die ze speciaal uit Canada hadden laten komen.
Voor mij, en velen met mij, was dit een van de meest memorabele Kerst ooit.
Na het genieten van ons eigen feestmaal, namen we even de tijd om onze mess-tins schoon te maken voordat we terugkeerden naar de frontlinie. We vulden ze opnieuw met kalkoen, aardappelen, jus en andere lekkernijen en brachten het terug naar de Nederlandse familie, een kleine daad van dankbaarheid voor hun gastvrijheid. Voor mij, en velen met mij, was dit een van de meest memorabele Kerst ooit. Te midden van de ontberingen van de oorlog en de afstand van thuis, werden we verwarmd door de vrijgevigheid van de Nederlandse gastvrijheid.’
Kerst aan de Maas
Tijdens de Kerstdag stond majoor Tim Tedlie, commandant van het ‘C’ Squadron van het British Columbia Regiment, waakzaam aan de oevers van de Maas. Zijn metgezellen waren zijn Sherman-tank en een koude kalkoenpoot, die hij weggespoelde met bier uit een tinnen mok. Zijn mannen hadden enkele uren eerder genoten van een uitgebreid Kerstdiner. Traditiegetrouw had het regiment, bijgenaamd de ‘Dukes’, zich gehouden aan de Canadese regiments traditie.
De officieren, waaronder Tedlie zelf, hadden eerst het Kerstdiner voor de lagere rangen geserveerd, voordat ze aan hun eigen maaltijd begonnen. Een vredig tafereel dat abrupt werd verstoord toen het regiment onmiddellijk naar het front werd geroepen. Zonder aarzeling begaven Tedlie en zijn officieren zich naar hun tanks, hun Kerstdiners haastig opscheppend in mess-tins. Aan de horizon waren af en toe explosies te zien, en het geluid van een sporadisch machinegeweer doorsneed de lucht. De oorlog was onmiskenbaar aan de gang, maar het directe gevaar was niet overal tastbaar.
De oorlog was onmiskenbaar aan de gang, maar het directe gevaar was niet overal tastbaar.
Tedlie, hoewel bewust van de voortdurende dreiging, zag nog geen onmiddellijke bedreiging. Aan de flanken van de rivier explodeerden af en toe granaten, en soms verlichtte een spoor van lichtspoormunitie de duisternis. De oorlog was een voortdurende realiteit, maar op dat moment was er geen directe dreiging. Toch wist Tedlie dat dit in een oogwenk kon veranderen. Zijn scherpe bewustzijn en leiderschap zorgden ervoor dat het squadron alert bleef, klaar om te reageren op elke onverwachte ontwikkeling. Kerst aan de Maas werd een herinnering aan de onvoorspelbaarheid van het front, zelfs op de meest onwaarschijnlijke momenten.
Een onvergetelijk Kerstfeest voor Elshout
In een bewonderenswaardige daad van vrijgevigheid en saamhorigheid organiseerde het regiment The Argyll and Sutherland Highlanders of Canada op 17 december 1944 een onvergetelijk Kerstfeest voor de kinderen van Elshout. De feestelijkheden begonnen met een boeiende voorstelling getiteld “The Three Bears”, waar jong en oud samenkwamen om te genieten van een betoverende uitvoering. Het enthousiasme van de kinderen was voelbaar, met lachende gezichten die de zaal verlichtten. Na de magische voorstelling betrad de iconische Kerstman de scène, begroet door opgewonden kreten van de kinderen. Het War Diary van het regiment The Argyll and Sutherland Highlanders of Canada registreerde gedetailleerd de uitzinnige vreugde die deze speciale ontmoeting teweegbracht bij de jonge feestvierders.
Het 1e Canadese leger in Europa krijgt de Kerstpost.